Na een schitterende zonsondergang gisteravond zijn we vanochtend op tijd vertrokken. Met pijn in ons hart, want de vuurtoren was een super plek. We verlaten PEI via de Confederation Bridge, die in 1997 is gebouwd. Aan deze brug zit een stukje vaderlandse trots vast, want Ballast Nedam was één van de bouwers samen met een Franse en een Canadese partner. Hij lijkt een beetje op de Zeelandbrug, maar is met 13 km tweemaal zo lang en met 60 meter zevenmaal zo hoog. De 44 pijlers staan 250 meter uit elkaar om in de winter de 4 meter dikke ijsgang te kunnen weerstaan. De brug is veel breder dan de Zeelandbrug en dat rijdt een heel stuk prettiger. Het is een schitterend bouwwerk om te zien. We stoppen gelijk aan de overkant, van waaruit prachtige foto’s van de brug te maken zijn. Onderweg eten we een broodje en raken in gesprek met 3 wielrenners, die uit Montreal kwamen en in New Brunswick een huisje hadden gehuurd om daar te kunnen fietsen. We krijgen gelijk allerlei tips waar de lobster goed is. Bij de Hopewell Rocks stoppen we voor de laatste keer onderweg. De Flower Pot Rocks zijn hiervan de bekendste en dat blijkt want er is een enorme toeristenfabriek rond heen gebouwd. We hebben geluk dat het laag water is, zodat we ook naar de rotsen toe kunnen lopen. Er is hier namelijk een enorm getijde verschil van 16 meter in iets meer dan 6 uur. Daarna rijden we nog een half uurtje door naar Alma, waar we een hotel opzoeken. Omdat het al redelijk laat is eten we ook in het hotel en daar komt de verrassing van de dag. Aan ieder raam in het restaurant hangt een drinkreservoir en daar komen kolibries op af. Nog nooit zo van dichtbij zo goed kolibries kunnen bekijken!
Eén antwoord op “New Brunswick here we come”
Geef een reactie
Je moet inloggen om een reactie te kunnen plaatsen.
Wat een mooie brug. Daar heb je die lekkere warme mutsjes wel nodig denk ik.