De eeuwig zingende bossen

Vandaag zijn we Nova Scotia in de breedte overgestoken, maar eerst hebben we vanochtend nog een Historic Garden bezocht, een mooie botanische tuin. We waren er al vrij vroeg en het was nog heerlijk rustig. We hebben niet alleen mooie bloemen en vijvers gezien, maar ook chipmunks. Wat zijn dat toch grappige beestjes. Halverwege de rit komen we langs het Kejimkujik National Park, waar we even afslaan om een bezoek te brengen aan het Visitor Centre. Hier is een kleine tentoontstelling over de oorspronkelijk bewoners (First Nation People). Indrukwekkend is de wijze waarop de kano’s door de Indianen werden gemaakt. We worden welkom geheten in drie talen. De eerste twee (engels en frans) zijn te volgen. De derde is een ander verhaal: Pjilita’kw Kejimkujik Kmîtkinaq Maqamikew Anko’tasîk. Zeg dat maar eens na! De hele rit gaat door een gebied met bossen, meertjes en moeras. Aan de oostkant aangekomen zijn we doorgereden tot White Point, waar we nu een aantal dagen blijven. Het uitzicht vanuit de kamer is grandioos. Er ligt een meertje voor de deur, met daarachter een kleine dam en daarachter de zee. Er zit ook een kolonie aalscholvers, die ter hoogte van onze kamer de landing inzetten, een schitterend gezicht. We zullen ons hier best gaan vermaken de komende twee dagen.

Geef een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.