Alice Springs en The Flying Docters

Met een vroege vlucht vanuit Brisbane komen we aan in The Alice, zoals ze hier zeggen. Het blijft bijzonder als er iemand bij de bagageband staat met een bordje met je naam op, maar het is weer gelukt! Als we buiten komen valt de hitte als een warme deken over ons heen. We logeren in een Bed and Breakfast dit keer en wat voor één. Het huis ligt onderaan een heuvel en vanuit onze kamer kunnen we zien hoe de kangoeroes over de heuvel komen naar de tuin van de B&B. Natuurlijk brengen we hier een bezoek aan The Flying Docters, wat erg interessant is. Het werk wat zij verrichten is voor de mensen hier echt van levensbelang. De verpleegkundigen die er werken zijn zowel nurse practioner als verloskundigen. De dokter vliegt alleen mee bij een spoedgeval. Na een korte film over wat The Flying Docters allemaal doen en een rondleiding brengen we nog een bezoek aan het museum en de winkel. Alice Springs zelf stelt niet veel voor, er is één hoofdstraat en de rest van de huizen liggen allemaal ver uit elkaar. Op straat hangen, vaak dronken, Aboriginals rond, triest om te zien.

Brisbane, koala’s en het reuzenrad

We hebben veel gedaan en veel gezien in Brisbane. Omdat het centrum in een U bocht van de Brisbane river ligt is alles heel goed te belopen. De eerste avond al lopen we bij toeval tegen de Cool Night Classic aan, een hardloopwedstrijd met 3000 deelnemers. Heel indrukwekkend om te zien. Naast de stad, het museum en de Art Galery met het topstuk onder de Jacaranda (onder het schilderij liggen verse Jacaranda bloemblaadjes op de grond), zijn we ook naar de South Bank Parklands geweest, het terrein van de wereldexpo van 1988, waar we in het reuzenrad geweest zijn. Fantastisch 360 graden zicht over Brisbane! Verder zijn we naar het Lone Pine Koala Sanctuary geweest, een koala reservaat. Met de veerboot heen en terug, zodat we ook de buitenwijken van Brisbane nog gezien hebben vanaf de rivier. In het reservaat hebben we leuke foto’s kunnen maken van koala’s en kangoeroes. Morgen vliegen we naar Alice Springs en van daaruit gaan we naar de outback. Dat betekent dat we waarschijnlijk voorlopig even uit de lucht zullen zijn.

The Sunshine Coast – twee gezichten

In Noosa Heads zien we het strandleven van The Sunshine Coast, stranden vol met surfende bezoekers, dure auto’s en chique winkels. ’s Avonds kunnen we nog heerlijk buiten eten op 3 november!
De volgende dag is het “raining cats and dogs” , zodat we ons hotel pas om 10.00 uur verlaten. Langs een prachtige kustweg rijden we naar het zuiden, waarbij je af en toe het gevoel hebt dat je recht de zee in rijdt. Als we in Brisbane aankomen is het weer droog geworden en na een spannende rit dwars door de stad vinden we zowaar ons hotel, waarna we zo snel mogelijk na het inchecken de auto in gaan leveren bij het stadskantoor van het autoverhuurbedrijf, want een auto daar moet je hier van af! Zo makkelijk als dat hier gaat hebben we het nog niet meegemaakt: “Just need your key, have a nice day”. Binnen de minuut staan we weer buiten. De volgende twee dagen zullen we Brisbane gaan verkennen, de derde stad van Australië en de hoofdstad van Queensland.

Fraser Island

Na een 6 hours drive, zoals ze dat hier zeggen, pakken we de veerboot naar Fraser Island. We krijgen al snel in de gaten dat onze Nieuw Zeelandse vrienden, de sandflies, hier goed vertegenwoordigd zijn. We zijn wel weer toe aan een relaxdag en daar leent dit resort zich prima voor. De tweede dag gaan we met de ranger op stap om het eiland te bekijken, wat op de werelderfgoedlijst staat. Het is het grootste zandeiland ter wereld. Het is niet zomaar een beetje over het eiland crossen voor de fun, maar je leert ook nog wat van zo’n man, als je een beetje aan het accent gewend bent: Morning guys, me name is Jason. Nice place here hey. We rijden eindeloos over het seventy-five mile beach, ook wel de snelweg van Fraser Island genoemd. Hier landen zelfs vliegtuigen. We bezoeken bekende plaatsen als Eli Creek en het scheepswrak van de Maheno. Ook lopen we een track langs de Wanggoolba Creek, die heel erg mooi is. We eindigen bij Lake McKenzie waar het heerlijk zwemmen is. Morgen varen we terug naar River Heads, waar we dan de auto weer ophalen. Het plan is om via Noosa naar Brisbane te gaan, waar we op 04 november de auto in moeten leveren.

Met de vlam in de pijp

Op zaterdag genieten we ’s morgens nog even van ons hotel, gelegen pal aan de oceaan, met een hoog villa Felderhof gehalte. Daarna gaan we rijden, een hele dag lang, want we hebben vandaag een grote afstand te overbruggen. Het landschap is heuvelachtig en gaat deels langs de kust en deels wat meer door het binnenland, waar we onze eerste dingo spotten. We overnachten in Rockhampton, waar we nog net voordat de avond valt een wandeling maken langs de Fitzroy River, waar de bomen bevolkt worden door honderden fel gekleurde papegaaien.

We are sailing

Op vrijdag 29 oktober schepen we ’s morgens om 8.00 uur in op de Camira, een zeilboot, waarna we de hele dag rondzeilen tussen de verschillende Whitsunday eilanden. We leggen aan bij het Whitehaven Beach, een tropisch paradijs: blauwe zee, wit koraalzand en palmbomen. Het water is glashelder en we kunnen er heerlijk zwemmen, weliswaar met een wetsuit aan, want het seizoen van de box jelly fish is aangebroken. Terug aan boord genieten we van een barbecue lunch, die de bemanning ondertussen voor ons heeft klaargemaakt.

Wuivend koraal

In Townsville gaan we ’s morgens eerst naar het Reef aquarium, een aquarium met levend koraal en de prachtigste vissen. Drie uur lang vergapen we ons aan al dat moois.

’s Middags rijden we door een soort steppen landschap afgewisseld met rietsuiker plantages naar Airlie Beach, waar we een prachtige kamer hebben met uitzicht op de oceaan.

Terug naar de kust

Op weg naar Townsville komen we eerst langs de Millaa Millaa Falls (Millaa is het Aboriginal woord voor veel water), een prachtige waterval. Als we koffie gaan drinken moeten we even wachten, want de stroom is net uitgevallen, hetgeen hier regelmatig gebeurd. No worries!

Allemaal beestjes ……..

Op dinsdag 26 oktober rijden we ’s morgens naar Lake Eacham, waar we een waterschildpad zien zwemmen. ’s Middags genieten we weer van de omgeving van onze boomhut. ’s Avonds krijgen we uitgebreid bezoek ………. Voor een kleine selectie zie de foto’s. Voordat we weer onder de klamboe kruipen gaan we lekker in de hot tube, welke boomhut heeft dat?

Slapen in een boomhut

Na een prachtige rit door het Atherton Tableland zijn we aangekomen in onze boomhut. Onderweg zijn we erin geslaagd om het vogelbekdier te spotten. Hier buiten is het een komen en gaan van de meest prachtige vlinders en vogels, zoals de kaketoe. Het is zo fantastisch hier dat het bijna niet te omschrijven is. Ook aan de inwendige mens is gedacht. Er is een restaurant, dat gerund wordt door 1 persoon, die zowel gastheer, ober als kok is. Met de zaklamp erheen is een avontuur op zich, om 18.00 uur is het hier pikdonker en barst er een orkest aan bush geluiden los.